[door Roelof Balk] Na de ruime winst op Qui Vive trad ZoMi deze keer met toch een flink aantal wijzigingen ten tonele voor de tweede competitiewedstrijd van het jaar, thuis tegen het altijd lastige Excelsior. Zo werd winning captain Kees van Nieuwkerk vervangen door Rahul Mori en Shashank Suresh, want een allrounder van dat kaliber vergt toch minimaal twee spelers. Umer Mohammed maakte plaats voor Morné Pepler, een nuwe krieket speler van Suid-Afrika die sig dees wedstryd dadelik al sou onderskei as een baie goed veldwerker. Sluitpost Joost Bakker had zijn positie achter de palen geheel belangeloos ter beschikking gesteld voor aanstormend talent Berend Edelenbosch, en ter vervanging van matchwinner Simon Teal maakte skipper Bart Sandberg zijn rentree, want het ging gelukkig weer veel beter met zijn gekwetste pace zodat hij zich weer helemaal kon concentreren op zijn captaincy en peesbowlen. Zo namen wij het op baan twee fris en fruitig op tegen de mannen uit Schiedam, die er heel professioneel en gemotiveerd uitzagen in hun geelzwarte tenue.
Aanvoerder Bart onderscheidde zich meteen door na tosswinst te kiezen voor fielden, en dat bleek een gelukkige keuze. Want wat fieldden wij geweldig! Het was een lust voor het oog van de almaar groeiende supportersschare. De eerste twee mannen werden al snel naar het paviljoen teruggestuurd door spectaculair ingooien van Bart en Morné: twee overtuigende run outs. Met name de direct hit van Morné vanaf cover point maakte indruk. Vanaf dat moment durfden de sympathieke jeneverstokers nauwelijks nog korte runs te pakken. Later zou onze nieuwbakken ACC-er Morné als razendsnelle sweeper nog talloze runs voorkomen, waardoor het mij nu volkomen duidelijk is dat de enig juist vertaling voor die veldpositie stofzuiger is (stofsuier in het Afrikaans). Als een echte Nilfisk pikte hij alles op wat de eerste linie van fielders passeerde: hij klopt en hij veegt en hij zuigt!
Vangen achteloos gepakt
Ook pakten wij alle vangen met achteloos gemak, er ging er geen eentje tegen de grond. Ja misschien een balletje in de slips, maar die was zo moeilijk en zo hard, dat kun je nauwelijks een kans noemen. En de wicketkeeper miste misschien ook wel wat, ik noem hier geen namen, maar daar stond tegenover dat Berend werkelijk voortreffelijk keepte en ook een vangetje heel solide vasthield. Het zelfvertrouwen van onze geoliede witte machine groeide zodanig dat zelfs Dick Broggel, die na vorige week toch enige twijfel moet hebben gevoeld, met vaste stem en overtuiging “die pak ik” begon te roepen toen de bal niet bepaald gemakkelijk zijn richting uitkwam. Ieder ander roept hooguit “los!” of “mijn!”, maar Dick maakt er meteen een volzinnetje van. En pakte hem inderdaad, waarvoor hulde.
De wickets vielen zodoende gestaag, want het fiere fielden werd ondersteund door bijtend bowlen. Suresh was superzuinig met slechts 16 runs tegen in 7 opeenvolgende overs, waarvan er ook nog eens 8 wides waren! Kan je nagaan wat hij voor cijfers had gehad als hij de heftig zwaaiende roze bal nog wat beter onder controle had gehad, zoals later in zijn spell. Ook Rahul maakte veel indruk door in zijn eerste 3 overs slechts 2 runs toe te staan en in zijn totaal 6 overs maar 1 wide te produceren.
Gevaar niet geweken
Toch was het gevaar nog lang niet geweken zolang Matthieu van Gelderen instond, want die zag er heel goed uit en sloeg zomaar een formidabele 6. Maar Rahul bevestigde juist toen zijn klasse, want een paar ballen later gaf hij de bal nèt wat meer flight, de timing van de straight drive was daarom nèt even wat minder goed en de bal zeilde nèt wat minder strak richting boundary. Daar stond Michael Dukker, die gelukkig een gaatje in zijn agenda had gevonden om aan deze wedstrijd mee te kunnen doen. Hij pakte de skyer even geroutineerd en betrouwbaar als in zijn beste verhalen tijdens de derde innings. Exit de danger man van Excelsior. Bart was vervolgens zo verstandig om deze keer geen feestbowlers aan te zetten, maar alleen maar mensen die hun BIO-fase (Bowler In Opleiding) al hadden afgerond. Wat dat betreft was wel een beetje vreemd dat uw scribent niet aan de bowlingbak kwam, maar gelet op het eindresultaat kan ik daar helemaal mee leven. Ezzat A.H Tassie kreeg gelukkig wel zijn overtjes toebedeeld en maakte het vertrouwen van zijn kapitein waar met twee wickets op opeenvolgende ballen en zelfs, bijna-bijna-bijna, een hattrick. Wat had ik hem dat derde wicket gegund nu hij zijn roeping als seamer zo duidelijk gevonden heeft. Eindscore Excelsior precies 149 all out, en wij allemaal heel tevreden. Alleen Michael beweerde nog dat het in feite wel 200 runs waren op dit hoge gras. Dat vond de rest onzin natuurlijk, 149 is 149, laten we daar duidelijk over zijn, dat is geen rocket science.
Dus gingen wij goedgemutst batten met ons ervaren openingspaar Berend en Roelof, die gelijk een prettig aantal wides afdwongen. Wel ontstond enige controverse over de laws of cricket. Kan je stumped gaan op een no ball? Nee dat kan niet. Maar wanneer is een stumping een stumping en een run out een run out? Kan een keeper nog stumpen als hij op anderhalve coronameter achter het wicket staat, of is het bij een worp uit de keepershandschoen misschien sowieso een runoutpoging? En moet een batsman daadwerkelijk willen runnen om run out te gaan? Vragen waar op het moment suprême niemand een duidelijk antwoord leek te hebben, dus het partnership hield stand. Maar niet voor lang, toen Berend verdween na een zeer overtuigend, uni sono lbw appeal. ZoMi had geen reviews meer, dus Berend vertrok op de lange weg terug. Richard Wolfe maakte zijn opwachting en bevestigde zijn grote vorm met een krachtige 54 runs, zijn tweede half century van het seizoen. Voor een ferme zes heb je blijkbaar geen soepele heupen nodig. Voor korte runs wel, en daar hield Roelof even geen rekening mee, waar hij helaas ook slachtoffer van werd.
Score kruipt omhoog
De score kroop geleidelijk op toen Michael inkwam, die naar eigen zeggen even tijd nodig had om warm te worden. Dat hebben we geweten. Geroutineerd en volhardend strooide hij zand in de Schiedamse ogen door net te doen alsof hij alleen maar kon verdedigen. Het veld werd overeenkomstig ball-by-ball aangepast door het pientere Excelsior, de gaten werden kortbij dichtgezet. Na het vertrek van hard hitter Richard en de komst van Tassie maakte zich zo gaandeweg een toenemende onrust meester van de teamgenoten aan de kant, die inmiddels hadden uitgerekend dat er toch wel zo’n 5 runs per over nodig waren. En de mannen in het midden leken al tevreden met een scoringreetje van 3 á 4. Maar Michael kent zijn pappenheimers en weet dat de echte toppers in de laatste paar overs, ingespeeld en wel, tot machtige versnellingen over kunnen gaan om de wedstrijd in hun voordeel te beslissen, daaraan voorafgaand eentjes oppikkend naar vermogen. En zo geschiedde. Met twee machtige zessen recht vooruit, waar natuurlijk geen fielder meer te bekennen was (en waar hij toch ruim overheen was gegaan), wist Michael samen met Tassie in de 34e over de pot naar ons toe te trekken. Wedstrijd in de tas zogezegd. Na afloop groot feest natuurlijk, met de matchwinners in de hoofdrol, zoals bijgaande foto vrolijk illustreert. Wat een topdag! Ik kan bijna niet wachten tot de volgende test, zondag thuis tegen VCC.
Excelsior 149 all out. Ezzat 2v8 in 2, Rahul Mori 2v18 in 7, Bart Sandberg 2v18 in 6.
ACC ZoMI 150 voor 4. Richard Wolfe 54 (2x6, 3x4), Michael Dukker 33 no (2x6, 1x4).